Sinds kort stond ze zichzelf toe daaraan te denken, niet dat ze er nooit aan had gedacht, maar eraan te denken alsof het werkelijkheid zou worden, dat het echt zou plaatsvinden, en hoe dat dan zou gaan, wat ze zou moeten doen om hem toe te laten, niet in een optreden terwijl hij haar vasthield en zij zich opkrulde langs zijn lijf en ze daarna haar benen spreidde en weer sloot om zich dan door de smalle ruimte achter zijn armen te steken, als in een envelop, waarna ze kort op de grond terecht kwam, zich afzette en terug stuiterde. Niet op die manier dus, maar in haar bed.
Pas toen de avond viel, had Harold van de Bron op deze eerste vakantiedag tijd gevonden om te smeden. Omdat er een auto stopte op de parkeerplaats wachtte hij nog even met het vuur. Hij keek naar de vaalgroene baanderdeur, groot genoeg om een tractor binnen te laten.